Taalgroep
Indo-Europees / Germaans / Westgermaans / Middenrijnlands
Gebied
Limburgs wordt gesproken in de twee provincies Limburg (Nederland en België), en in enkele grensdorpjes in het Duitse Selfkant.
Er zijn veel verschillende varianten van het Limburgs. Elke plaats heeft zo zijn eigen dialect, maar het is wel onderling goed verstaanbaar. De dialecten in het noorden van Nederlands Limburg worden taalkundig niet bij "het Limburgs" ingedeeld. De noordgrens van de taal wordt namelijk meestal getrokken bij de ïk-ich isoglosse". In dit gebied vallen meerdere dialectgrenzen samen. Hetzelfde geldt voor de westgrens, in Belgisch Limburg (bij de "Gete-lijn"). In het oosten is een vloeiende overgang naar de Rijnlandse dialecten (Kerkrade-Aken, Sittard-Selfkant, Venlo-Krefeld).
Geschiedenis
De naam ‘Limburgs’ voor de taal gesproken in de huidige provincies Limburg is nog vrij jong. De taal is genoemd naar de provincienaam, die stamt uit 1815. Die naam is aan de toen nog ongedeelde provincie gegeven door Koning Willem I. Een andere mogelijkheid was om de provincie te noemen naar de hoofdstad: Maastricht. Dit is echter nooit gebeurd.
De Limburgse taal heeft ruwweg dezelfde afstamming als het Nederlands en het Duits, en vormt de overgang tussen de Nederfrankische dialecten in het westen (Nederlands) en de Centraalfrankische (Duitse) dialecten in het oosten. De Limburgse taal bevindt zich dus in een tussenpositie tussen het Duits en het Nederlands: dat blijkt uit Middeleeuwse archivalia (rekeningen en oorkonden van de Balije Alden Biezen, Maastricht, Sittard, enz.), alsmede literaire teksten zoals het werk van Henric van Veldeke, de Aiol – fragmenten, de Limburgse Sermoenen en de diverse Limburgse/Ripuarische redacties van de laat-hoofse roman van “Heinric en Margarete van Limburg”. Was, met de kardinale figuur van Henric van Veldeke, het Limburgs de oudste toonaangevende variant van de Dietse taalgroep, na de opkomst van Brabant in de 13e eeuw is de positie van het Limburgs in de Nederlandse schrijfcultuur gaandeweg gemarginaliseerd. De precieze leeftijd van het Limburgs is overigens niet goed vast te leggen, de eerst bekende geschreven vorm van de taal stamt uit ongeveer 1170 (het werk van Henric van Veldeke).
Taalkundigen gaan ervan uit dat de taalkundige verschillen tussen verschillende delen van Limburg veel groter zijn dan vroeger; rond 1200 waren de taalverschillen in Limburg klein, sindsdien zijn –wegens afnemende contacten– de lokale verschillen uitgegroeid tot de huidige situatie.
Aantal sprekers
Onderzoek heeft aangetoond dat in Nederlands Limburg (populatie: 1.200.000) ongeveer 75% van de inwoners dagelijks Limburgs spreekt. Dit percentage is hoger in het zuiden en lager in het noorden en Heerlen. Het aantal sprekers in Belgisch Limburg (675.000 inwoners) is niet bekend, maar Limburgs wordt daar in gehele provincie dagelijks gesproken. Echter, in een beperkter scala aan situaties.
Status
Sinds 1997 is de Limburgse taal als streektaal erkend door de Nederlandse overheid, volgens artikel 2, paragraaf 1 van het "Europees Handvest voor Streek- en Minderheidstalen". Hierdoor verplicht de overheid zich tot het beschermen en aanmoedigen van het gebruik van de taal, alhoewel er nog geen specifieke regels zijn opgesteld.
De positie van het Limburgs in de samenleving is beter dan bij vele andere streektalen. Niet alleen het gewone volk, maar ook de middenstand, de burgerij en de elite spreken de taal. Het gebruik van het Limburgs werkt niet stigmatiserend.
Openbare diensten
Het Limburgs wordt vaak als dagelijkse taal in het openbaar bestuur van de gemeentes en bij de provincie gebruikt. Ook is het normaal dat het Limburgs wordt gebezigd in communicatie met de burger. Deze situatie is gewenst als het de kloof tussen overheid en burger verkleint.
In de Katholieke kerk wordt het Limburgs niet officieel gebruikt, wegens behoudend beleid van de Rooms-Katholieke autoriteiten. Echter, de taal wordt wel in de hele provincie gebruikt in missen en oecumenische diensten, vooral rond Kerstmis, Carnaval en plaatselijke hoogtijdagen.
Verder wordt de taal gebruikt in ziekenhuizen, de zorgsector en in het geven van commerciële dienstverlening of culturele informatie. Telefonistes en receptiemedewerkers in het bedrijfsleven zullen, net als bijvoorbeeld politieagenten of medewerkers van bibliotheken, het Limburgs gebruiken als dat door de 'klant' gewenst is.
Onderwijs
Er is geen provinciaal onderwijsprogramma om de taal te onderwijzen, maar het Limburgs wordt wel vaak in de klas gebruikt, als omgangstaal. Op lokaal niveau zijn er echter wel kleine projecten, bijvoorbeeld in Maastricht, waar onderwijsmateriaal in het Maastrichts is ontwikkeld. Er zijn al eerdere ervaringen op dit gebied, als resultaat van het zogenaamde 'Kerkrade-project', waarin de taalsituatie in Kerkrade werd onderzocht, ten behoeve van onderwijs op basisscholen.
Media
Regionale en lokale radiostations, advertenties in provinciale nieuwsbladen en tijdschriften gebruiken vaak en vanzelfsprekend het Limburgs. Op de radio en de regionale televisie (L1) worden vele programma's in het Limburgs uitgezonden.
Diversen
De Limburgse taal speelt een grote rol in het culturele leven. In de popmuziek wordt de taal al decennialang gebruikt, en met succes. Niet alleen binnen de provincie, maar ook daarbuiten: sommige artiesten hebben een nationale uitstraling. Bovendien is een uitgebreide en levendige traditie van Limburgs cabaret. Dit varieert van zeer populaire, carnavaleske optredens tot serieuzere kleinkunst cabaret.
Auteur: Mathieu van Woerkom, 2002
Oorspronkelijke versie: Nederlands
Meer informatie: http://www.lowlands-l.net (Klik op “Resources” en op “Links” of “Offline Material”.)